ADEMHALINGSBESCHERMING
In onze werkomgeving zweven er voortdurend (on)zichtbare gevaarlijke deeltjes in de lucht, waardoor medewerkers blijvende ziekten kunnen oplopen. Nog voor ze een ademhalingsmasker opzetten, moet eerst worden nagegaan of de machines op de werkvloer met een stofafzuiging zijn uitgerust. Anders moeten ze tijdens het werk een ademmasker dragen dat geschikt is voor de activiteit en het gevaar. De basis voor de keuze van de juiste ademhalingsbescherming is de risicobeoordeling. Afhankelijk van de concentratie en vorm van de gevaarlijke stoffen die vrijkomen, is het gebruik van verschillende filterklassen, filtertypes of maskertypes aangewezen. De maximaal toegestane concentratie van gevaarlijke stoffen wordt bepaald op basis van de beroepsmatige blootstellingslimiet.
Wat is de beroepsmatige blootstellingslimiet?
De beroepsmatige blootstellingslimiet is de tijdgewogen gemiddelde concentratie van een stof in de lucht op de werkplek, waarbij medewerkers die geen ademhalingsbescherming dragen naar verwachting geen onmiddellijke of chronische letsels zullen oplopen. Deze grenswaarde wordt uitgedrukt in mg/m³ en ml/m³ (ppm). In Duitsland worden deze grenswaarden gepubliceerd in de TRGS 900 (technisch voorschrift voor gevaarlijke stoffen). De toepasselijke drempels voor ademhalingsmaskers worden uitgedrukt als veelvouden van de grenswaarde.
LET OP HET VOLGENDE BIJ UW KEUZE VAN DE JUISTE
ADEMBESCHERMING
Bepaal het juiste maskertype voor elke activiteit
FFP maskers
Filterklassen voor wegwerpmaskers: het kleurcodesysteem van Würth zorgt voor veiligheid
Ons kleurcodesysteem maakt de keuze van de juiste ademhalingsbescherming voor uw dagelijkse taken op het werk gemakkelijker en zorgt ervoor dat u de gepaste filterklasse gebruikt. De kleur van de hoofdbanden of de opdruk op het masker geeft de klasse van het ademhalingsmasker aan, zodat u nog veiliger kunt werken. Bovendien kan de werkgever dankzij het kleurcodesysteem nagaan of medewerkers de juiste, verplichte ademhalingsmaskers dragen.
Indeling van filterklassen
De geschikte ademhalingsbescherming wordt geselecteerd op basis van de risicobeoordeling. Deeltjesfilters worden in drie categorieën onderverdeeld: Filterklasse, toepassing en toepassingsgebied
FFP1
Kleurcode: Wit
Toepassing: beschermt tegen niet-giftige en niet-fibrogene deeltjes, stof en aerosolen
Toepassingsgebied: tot maximaal 4 maal de grenswaarde
FFP2
Kleurcode: Grijs
Toepassing: beschermt tegen schadelijke of minder giftige deeltjes, stof, vaste en vloeibare aerosolen, nevel en rook
Toepassingsgebied: tot maximaal 10 maal de grenswaarde
FFP3
Kleurcode: Rood
Toepassing: beschermt tegen schadelijk(e)/giftig(e) stof, nevel, rook, vaste en vloeibare aerosolen, kankerverwekkende stoffen, radioactieve stoffen, enzymen en micro-organismen (virussen, bacteriën, schimmels)
Toepassingsgebied: tot maximaal 30 maal de grenswaarde
Belangrijk:
- Deeltjesfilters mogen maar eenmalig worden gebruikt tegen radioactieve stoffen en biologische agentia in de lucht.
- Deeltjesfilters beschermen niet tegen dampen en gassen!
Herbruikbare maskers: gebruik het juiste filtertype
Ademhalingsmaskers bestaan doorgaans uit meerdere lagen filtermateriaal, ook wel als 'spun-bond' en 'melt-blown' (smeltgeblazen) aangeduid. Idealiter zijn ze uitgerust met een uitademventiel. De verschillende lagen garanderen een dimensionale stabiliteit, scheurvastheid en filterende eigenschappen. Om de ademhalingsweerstand tot een minimum te beperken, moet het filtermateriaal lucht doorlaten en tegelijk deeltjes filteren. Hoe meer deeltjes het masker moet tegenhouden, hoe meer lagen filtermateriaal het bevat. Daarom stijgt de dichtheid en dus de ademhalingsweerstand van maskers mee met het niveau van de beschermingsklasse. Om te voorkomen dat kleine deeltjes door het filtermateriaal dringen, wordt het elektrostatisch geladen.
Welke filter?
Gasfilters worden volgens de stoffengroep in klassen onderverdeeld. Ze beschermen alleen tegen gassen en dampen, niet tegen het inademen van deeltjes. Hieronder geven we aan uit welke filter geschikt is voor elke toepassing:
| Filtertype | Toepassing | Kleurcode |
|---|---|---|
| A | Beschermt tegen organische gassen en dampen, bijv. oplosmiddelen zoals terpentijn, nitroverdunner, benzine, PER, tolueen, xyleen met kookpunt boven 65 °C. | Bruin |
| B | Beschermt tegen anorganische gassen en dampen zoals chloor, broom, waterstofsulfide enz. | Grijs |
| E | Beschermt tegen zure gassen en dampen zoals zwaveldioxide, waterstofchloride enz. | Geel |
| K | Beschermt tegen ammoniak en organische aminen zoals dimethylamine enz. | Groen |
| AX | Beschermt tegen laagkokende organische verbindingen met een kookpunt lager dan of gelijk aan 65 °C. | Bruin |
| Hg | Beschermt tegen kwik. | Rood |
De belangrijkste eigenschappen van wegwerpmaskers
Een masker in combinatie met een veiligheidsbril van Würth biedt de perfecte bescherming.
1. Katoenen hoofdband Absorbeert het zweet
2. Neusbeugel Betere bevestiging Afgeronde uiteinden
3. Om lekken te voorkomen FFP1 en FFP2: halve afdichtlip FFP3: afdichtlip rondom
4. HoofdbandloepGemakkelijk om het masker te bevestigen Geen metalen beugels
5. 360°-uitademventiel
6. Voorgevormd maskerBetere bevestiging
REINIGING, LEVENSDUUR EN BEWARING VAN UW ADEMBESCHERMING
Hoelang gaan ademhalingsmaskers mee?
Eigenlijk is het niet mogelijk om de algemene levensduur van ademhalingsmaskers aan te geven. Om te beginnen, maken we een onderscheid tussen herbruikbare en wegwerpmaskers. Op alle wegwerpmaskers staat de markering 'NR' (not reusable). U kunt ze dus niet opnieuw gebruiken. De markering 'R' betekent dan weer 'reusable' en staat alleen op herbruikbare maskers. Alleen maskers die u kunt schoonmaken hebben deze markering. U kunt ze na reiniging dus tijdens uw volgende ploegendienst dragen.
Wegwerpmaskers mag u enkel gedurende maximaal één ploegendienst (acht uur) dragen. Als de ademhalingsweerstand eerder toeneemt, moet u het masker sneller vervangen. Herbruikbare maskerfilters kunt u voor meerdere ploegendiensten gebruiken. Ongeacht het type filter, moet deze worden vervangen zodra de ademhalingsweerstand toeneemt of als u de smaak/geur van gas waarneemt. Dat geldt ook wanneer de maximale gebruiksduur van de filter is overschreden.
Herbruikbare maskers reinigen
Herbruikbare maskers moet u na elk gebruik grondig reinigen en desinfecteren. Er mogen geen vuilresten achterblijven, ook niet van huidverzorgingsproducten bijvoorbeeld. Anders loopt u het risico dat de elasticiteit van de afdichting verloren gaat en het masker niet meer goed aansluit. In extreme gevallen kan dit leiden tot vergiftiging en mogelijk de dood.
Risico op materiaalschade: raadpleeg de desbetreffende productinstructies. Gebruik alleen geschikte of aanbevolen reinigings- en ontsmettingsmiddelen, zoals aangegeven in de productinstructies. Als u verkeerde middelen gebruikt, kunt u het product beschadigen.
- Verwijder eerst de ademhalingsfilter.
- Meng vervolgens een geschikte oplossing van water en een detergent en wrijf met een zachte doek alle onderdelen grondig schoon.
- Spoel daarna alle onderdelen grondig af onder stromend water.
- Bereid nu een ontsmettend bad met water en een geschikt ontsmettingsmiddel. Leg alle onderdelen erin.
- Spoel daarna alle onderdelen nogmaals grondig af onder stromend water.
- Droog alle onderdelen aan de lucht of in een droogkamer (max. temperatuur: 60 °C). Bescherm alle onderdelen tegen direct zonlicht!
Uw ademhalingsbescherming optimaal bewaren Zorg ervoor dat de doos schoon en droog is. Een luchtdichte plek waar geen uv-straling bij kan voorkomt voortijdige veroudering van de ademhalingsventielen en alle andere onderdelen. Uw masker gaat dan langer mee.
U kunt het masker opbergen in een:
- Draagtas
- Afsluitbare doos
- Plastic zak
VEILIG GEBRUIK VAN ADEMBESCHERMING: DIT U MOET WETEN
Hoe zet u uw masker goed op?
1. Pak het masker vast
Rek de hoofdbanden voorzichtig met beide handen een beetje uit (behalve als ze van textiel zijn). Hou het voorgevormde of gevouwen masker in uw hand terwijl de hoofdbanden naar beneden hangen.
2. Zet het masker op
Plaats het masker onder uw kin met de neusbeugel bovenaan. Leg de onderste band om uw nek, terwijl u met uw andere hand de bovenste band vasthoudt.
3. Doe de hoofdband om
Trek de bovenste band boven de oren om uw hoofd en druk de neusbeugel aan. Sluit en/of verstel de hoofdband indien mogelijk.
4. Ga na of het masker nauw aansluit
Controleer of het masker goed afsluit: plaats beide handen rond het masker en adem stevig uit. Ontsnapt er lucht aan de randen? Stel de neusbeugel en/of de hoofdband dan opnieuw af. Opmerking: betreed de werkplek niet als het masker niet goed afsluit!